1. Té veel ‘gezonde superfoods’
Een frisse salade met een beetje avocado, wat ongezouten noten, een toefje geitenkaas, volkoren penne met honingmosterdsaus… gezond toch? Nu er is een verschil tussen gezond en caloriearm. Wil je een doel bereiken? Kies dan niet voor een ‘healthy’ salade van 800kcal, maar maak een simpele en snelle salade klaar met wat magere zuivel, gegrilde kip, groenten en een kleine portie volkoren koolhydraten bijvoorbeeld een kopje gekookte zoete aardappel in de schil.
2. Té veel en té grote porties
De stelling hier stemt wat overeen met de eerste stelling: als je merkt dat je niet meer afvalt, dan kan het zijn dat je toch meer calorieën binnenkrijgt dan je eigenlijk denkt. Natuurlijke noten, dadels, gedroogd fruit etc. zijn erg gezond, maar tegelijk een caloriebom voor je lichaam. Verschillende studies tonen zelfs aan dat de meeste mensen hun dagelijkse calorie-inname aanzienlijk onderschatten.
Begrijp me niet verkeerd, ik ben tegen het principe om kcal te tellen! Ergens moet je wel beseffen dat bepaalde voedingsproducten gaan tegenwerken. Wil je kilo’s kwijt? Kies dan voor een vers stuk fruit, yoghurt of zelfgemaakte snack als tussendoortje.
"Wil je kilo’s kwijt? Kies dan voor een vers stuk fruit, yoghurt of zelfgemaakte snack als tussendoortje."
3. Té weinig etiketten lezen en enkel naar de kcal kijken
In de supermarkt word je om de oren geslagen met ‘gezonde’ gerechten. Van ‘gezonde granola’ tot ‘vetvrije yoghurt’ en ‘gezonde koeken’. Helaas gebruiken marketeers deze termen graag om je te doen kopen, maar blijkt het helemaal niet zo gezond als je verwacht. Nutri-scores neem je best ook niet te letterlijk. De score duidt eigenlijk aan wat het verschil is tussen de producten onderling. Een Dr Oetker pizza met salami versus en vegan pizza met minder vet en meer groenten. Het resultaat? Dr Oetker scoort erg slecht en de ‘gezondere pizza’ krijgt een‘B’, wat niet wil zeggen dat je dagelijks zo’n pizza kan eten.
Wat zegt Happy You: Lees altijd goed je voedingsetiketten, of nog beter: koop zoveel mogelijk verse ingrediënten waarbij je geen verpakkingen hoeft te lezen.
4. Té veel oliën zoals kokosvet
Ik zie het letterlijk overal! Kokosolie is bijna puur een marketingstratgie, want het bevat erg veel verzadigd vet tegenover zijn soortgenoten. Toch wordt kokosvet op diverse manieren aangeprezen als gezond. Dit vet zou net goed zijn voor het hart, minder calorieën bevatten en ook nuttig zijn als remedie van allerlei huidziekten. En hoe merk ik dat bij mijn klanten? Dat zie je in hun bloedwaarden, en ohjawel als hun ldl ‘slechte cholesterol’ is verhoogd, en hun hdl ‘goede chol’ is verlaagd.
Hoe moeten we dan wél omgaan met vetten? Moeten we ze absoluut vermijden of hebben we ze nodig? Het antwoord is: we hebben vetrijke voedingsmiddelen nodig voor het aanleveren van vetoplosbare vitaminen (a, d en e) en bepaalde vetzuren die ons lichaam zelf niet kan aanmaken (bv. omega 3). Denk bv. aan noten, vette vis en plantaardige olie. We mogen ze daarom zeker niet schrappen, maar het is wél belangrijk om de juiste bronnen te kiezen. Vetten leveren ons namelijk energie aan, veel meer dan de andere voedingsstoffen (9 kcal per gram t.o.v. 4 kcal per gram voor koolhydraten en eiwitten) en hebben daardoor de slechte reputatie als dikmaker. De gouden regel geldt steeds: overdrijf niet met de hoeveelheden!
5. Té veel smoothies en andere gemixte sappen
Wat velen niet weten: fruit kan je best niet mixen, je maakt zo de belangrijke vezels en vitaminen kapot (ja, ook bij de ‘koudgeperste en duurste blenders’). Het kan zeker eens lekker zijn, maar maak er geen gewoonte van, Bovendien ga je daardoor automatisch minder water drinken en de glycemie stijgt erdoor. Eet bv. 1 sinaasappel voor een snel en voldaan gevoel, want in tegenstelling tot 1 glas sinaasappelsap waarbij je 3 stuks nodig hebt, heb je dat voldaan gevoel niet meer. Bij Happy You wordt ook aangewezen om telkens voor vers fruit te kiezen op 1 recept na: de morning smoothie met yoghurt en fruit. Zorg hierbij voor voldoende eiwitten om geen spiermassa te verliezen.
6. Té veel ‘geheugenverlies-eten’
Tijdens het koken al wat brood doppen in de saus, overschot van de kinderen snacken, overmatig gebruik van olijfolie (1 eetlepel = ca. 120kcal), een drankje hier en daar, weekends met ‘gezellige avonden’.. loopt snel op tot extra energieopname. Probeer mindfull en bewust om te gaan met voeding. Eet je uit verveling? Eet je voor de tv? Met meer controle over jouw eetgedrag kom je al een heel eind verder.
“Ik sport, dus ik mag meer eten”. Voor topsporters? Ja! Voor recreatieve sporters is dit echter niet het geval, zij verbranden zeker niet voldoende om ‘extra’ te mogen eten. Eet daarentegen bv. een stuk fruit voor het sporten en een mager potje Griekse yogurt na het sporten, meer hoeft zeker niet.
7. Té snel eten
Ghreline en leptine zijn 2 belangrijke hormonen waar je rekening mee moet houden als je ‘bewuster’ wil eten. Bij honger komt het hormoon ghreline vrij, die zo via de hypothalamus vrijkomt in de bloedbaan. Deze wordt vooral afgescheiden via de maagwand en het stimuleert je om voedsel in te nemen. Ghreline bepaalt niet hoeveel je eet, maar wel wanneer je zin krijgt in eten. Zodra we klaar zijn met eten, remt de productie van ghreline af en komt het hormoon leptine vrij. Leptine wordt in het vetweefsel geproduceerd en geeft een seintje naar de hersenen dat we genoeg hebben gegeten. Zo krijg je het gevoel dat je verzadigd bent. Dit kan tot een halfuurtje duren, eet daarom langzaam en eet eventueel voor de maaltijd een salade of een bordje soep.
8. Té veel stress en te weinig slaap en dit niet aanpakken
Cortisol is een belangrijk hormoon, we noemen hem de stresshormoon. Cortisol is verantwoordelijk voor ons algemeen hongergevoel , zoals hierboven beschreven. Er is een link tussen cortisol en ghreline, het levert ons een verhoogde eetlust. Niet alleen kan je meer honger krijgen, ook heeft het effect op de vetbranding en vetmetabolisme. Je kan hierdoor verteringsproblemen krijgen en slaap je nog eens slechter, dan raakt je darmflora uit balans en schommelt je bloedsuikerspiegel erg. Zo vermager je uiteindelijk minder goed en komt makkelijker bij, omdat jouw lichaam in een stressperiode extra vetten kan vasthouden.
Hierin speelt de lever een belangrijke rol. Hij verwerkt ‘s nachts alle toxische stoffen die je overdag binnenkreeg via voeding. Krijgt hij daarvoor te weinig tijd, of heeft hij te veel giftige stoffen te verwerken, dan raakt je lever overbelast en werkt hij overdag niet optimaal. Dat geeft bloedsuikerschommelingen, met dipmomentjes, zin in zoet en dus meer eten tot gevolg. Tips: matig zijn met cafeïne, alcohol, verhit vet en suiker.
9. Té weinig vezels
Vezels zijn belangrijk voor je, meer zelfs: uit onderzoek blijkt dat wie veel vezels eet, kans heeft om langer te leven. Vrouwen zouden zelfs 30 gram vezels per dag moeten binnen hebben. Dat heeft onder andere te maken met een gezonde darmflora. Om af te vallen, moet je darmflora in orde zijn. Een tekort aan vezels kan daardoor ook diverse darmklachten veroorzaken, zoals een te trage ontlasting, verstopping of aambeien. Daarnaast kan het eten van vezels verlichting geven als je te maken hebt met het prikkelbare darmsyndroom (PDS).
Met Happy You probeer je elke maaltijd genoeg vezelrijke voeding te consumeren zodat je lang verzadigd blijft. Dit voorkomt dat je snel weer honger krijgt en eetbuien gedurende de dag.
"Vezelrijke voeding voorkomt dat je snel weer honger krijgt en eetbuien gedurende de dag."
10. Té veel suikerrijke drank en eten als beloning
Door voldoende te bewegen en mindfull te eten, ben je al heel goed bezig volgens Happy You. Je bouwt spiermassa op en je verbrandt voldoende calorieën. Maar als je jezelf na elke workout beloont met een rijke maaltijd of suikervolle smoothie, dan is alle moeite voor niets geweest.
Wees ook zuinig met proteïnerepen en suikerrijke sportdrankjes. Ze geven misschien wel een energieboost na de inspanning en ze lessen je dorst, maar ze bevatten vaak veel calorieën. Probeer daarentegen een lepetje Happy You voor het sporten om je energieboost naar een hoger niveau te trekken!